De richtlijn bij een borstontsteking is enige tijd geleden veranderd
Je hebt een (beginnende) borstontsteking, maar is dit wel zo en wat kun je er tegen doen? De richtlijn bij een borstontsteking (de medische term is mastitis) is enige tijd geleden veranderd naar aanleiding van een groot onderzoek. Eigenlijk is de methode waarvan ik als lactatiekundige dacht dat dit de afgelopen jaren de juiste was, helemaal anders. Waar ik eerder adviseerde de borst zoveel mogelijk leeg te kolven en/of leeg te laten drinken, is nu de remedie om de borst zoveel mogelijk met rust te laten als er tekenen zijn van een borstontsteking.
Stuwing of een ontsteking
Er is een groot verschil tussen (fysiologische) stuwing en een borstontsteking. Stuwing van de borsten zie je aan beide kanten. Een borstontsteking laat zich vaak aan één kant zien (maar niet altijd). Harde plekken, roodheid in de borst, je over het algemeen ziek voelen en soms koorts hebben zijn symptomen daarbij horen. Zoals gezegd is stuwing fysiologisch; dit betekent dat dit erbij hoort wanneer de borstvoeding op gang komt en dit zul je merken zo rond dag drie of vier na de bevalling. Daarna neemt de stuwing geleidelijk weer af. Soms zie je dat de stuwing wat later op gang komt, bijvoorbeeld na een bevalling door middel van een keizersnede of een bevalling waarbij sprake was van wat meer bloedverlies; meer dan 500ml in totaal.
As je al wat langer borstvoeding geeft zul je merken dat je steeds minder vaak last hebt van stuwing, dit komt doordat de melkproductie afstemt op vraag- en aanbod.
Hoe een ontsteking in de borst ontstaat kan verschillende oorzaken hebben. Vaak is er stuwing aan vooraf gegaan, maar is de borst bijvoorbeeld niet voldoende gestimuleerd door een verkeerde aanlegtechniek. Ook kan het zijn dat er aan de kant van de ontsteking sprake is van een tepelkloofje; dan hebben bacteriën eerder de kans om binnen te dringen en is er een bacteriële infectie ontstaan.
Borstweefsel: een eigen minifabriek
Om het ontstaan van de ontsteking te begrijpen is het handig iets te weten over je borstweefsel. Dit weefsel bestaat als het ware uit allerlei andere soorten weefsels, zoals je klierweefsel, je vetweefsel, lymfeklieren maar ook uit bloedvaten. Je borstweefsel heeft een soort eigen minifabriek wat bestaat uit allerlei bacteriën die elkaar in evenwicht houden, hierdoor is je borst in principe bestand tegen infecties.
Als er om wat voor reden dan ook geen goede balans meer tussen deze bacteriën bestaat in je borst, dan ben je vatbaarder voor infecties. Volgens de nieuwe inzichten ontstaat minder evenwicht in de borst met name bij teveel melkproductie. Hierdoor kunnen andere, ‘niet goede’ bacteriestammen makkelijker de overhand krijgen doordat ze meer gaan groeien en ontstaat een infectie. Daarnaast kunnen andere aspecten ook van invloed zijn op dit evenwicht; zoals kolven terwijl dit eigenlijk niet nodig is, kolven met een te klein of juist een te groot borstschild, kolven met een te hoge zuigkracht, of veelvuldig meer melk produceren dan nodig. Ook preventief gebruik van probiotica of het gebruik van antibiotica kunnen het evenwicht in de minifabriek van je borst verstoren waardoor er juist een infectie ontstaat.
Elke borst en elk kindje is anders
Nu je dit allemaal weet, vallen er misschien wel wat puzzelstukjes op z’n plek. Anderzijds is er met de komst van de nieuwe inzichten zoveel verschillende informatie te vinden dat je misschien door de bomen het bos niet meer ziet. Naar aanleiding van de nieuwe inzichten is een nieuwe landelijke richtlijn opgesteld, waarin we als lactatiekundigen in Nederland de borstontsteking anders aanpakken dan voorheen. Wat hierin belangrijk is, is dat elke situatie, elke borst, elk kindje en elke borstvoeding anders is. Hieronder kun je tips lezen die je kunnen helpen wanneer je klachten hebt van een (beginnende) borstontsteking.
Tips bij een (beginnende) borstontsteking
Tip 1: Schakel een lactatiekundige in
Het inschakelen van een lactatiekundige kan heel fijn zijn in deze situatie. Hierdoor kun je samen kijken wat de mogelijke oorzaak is van de (beginnende) borstontsteking en alle factoren omtrent het voeden en eventueel kolven op een rijtje zetten en optimaliseren.
Tip 2: Bekijk hoe de borstvoeding gaat
En hiermee bedoel ik, hoe gaat het aanleggen; is de aanhap correct? Is het aanleggen pijnlijk? Zijn er kloofjes? Is kolven wel echt nodig? Kolf je met passende borstschilden? Heb je ergens pijn? Pijn hoort niet bij het kolven, dan is het belangrijk om de oorzaak hiervan te achterhalen.
Tip 3: Blijven voeden
Ook al voel je je ziek en niet lekker, het beste is om te blijven voeden zoals je gewend bent, dus niet meer maar ook niet minder. Hierdoor wordt de borst het beste gestimuleerd en laat je de borst z’n werk doen.
Tip 4: De borst zoveel mogelijk met rust laten
Hiermee bedoel ik zoals hierboven gezegd, blijven voeden zoals je gewend bent. Dus niet extra kolven om de borst ‘leeg’ te maken. Vraag niets extra van de zieke borst, hierdoor wordt de borst eigenlijk alleen maar zieker. Rust zelf ook voldoende uit.
Tip 5: Lecithine, paracetamol en ibuprofen
Lecithine is een lichaamseigen stof wat kan bijdragen aan de vetoplosbaarheid. In het geval van een borstontsteking kan het raadzaam zijn om Lecithine te gebruiken als voedingssupplement zodat de melk makkelijker kan stromen door de melkkanalen. De melk wordt als het ware minder dik en klontert minder. Het is veilig om 3 x daags 1200 mg Lecithine te gebruiken.
Ter verlichting van de pijn en ter remming van de ontsteking in de borst kun je 4 x daags 1000 mg paracetamol gebruiken en 3 x daags 400 mg Ibuprofen. Dit is veilig te gebruiken als je borstvoeding geeft. Gebruik dit het liefst kortdurend, gedurende 24-48 uur en gebruik dit alleen als je zeker weet dat je geen allergie hebt voor één van deze medicijnen en je de medicijnen veilig mag gebruiken van je huisarts. Dit laatste in verband met mogelijk andere chronische aandoeningen waarbij de medicijnen niet of in mindere mate gebruikt mogen worden.
Tip 5: Koelen na de voeding
Koelen na de voeding met een ijskompres kan fijn zijn. Dit kan verlichting geven maar hierdoor neemt eventuele zwelling ook af. Het koelen is ook nuttig omdat je op deze manier de omgeving voor eventuele slechte bacteriën in je borst minder aantrekkelijk maakt. Koelen met een ijskompres of coldpack kan meerdere keren op een dag, zo vaak als nodig na de voeding of het kolven.
Tip 7: Lichte massage
Lichte massage mag ook; oedeemmassage richting de lymfeklieren zodat het (overtollige) vocht door het lichaam kan worden afgevoerd. Bij een harde plek ten gevolge van melkstase kun je licht masseren richting de tepel. Diepe of harde massage wordt afgeraden omdat dit de symptomen kan verergeren.
Tip 8: Contact met de huisarts
Bij twijfel kun je natuurlijk altijd contact opnemen met je huisarts. Als je je 24 uur na de genoemde maatregelen nog niet beter voelt of zelfs zieker, dan is het ook belangrijk contact op te nemen met hem of haar. Het kan zijn dat je een bacteriële ontsteking hebt waar bijvoorbeeld antibiotica voor nodig is, de huisarts kan hiervoor een recept uitschrijven.
(Gebruikte bronnen: nieuwe ABM protocol, richtlijn mastitis NVL)